Het inheemse wilde maarts viooltje, is een overblijvende plantensoort en is de allereerste onder de viooltjes die in het vroege voorjaar gaat bloeien. De prachtige violetkleurige bloemen geuren fantastisch en de plant wordt daarom ook wel welriekend viooltje genoemd (odorata betekent welriekend).De bloemen en bladeren zijn eetbaar, niet alleen om bijvoorbeeld een salade kleur te geven, maar juist ook om de smaak nog lekkerder te maken.
Standplaats
Het viooltje is een laagblijvende plant die zo’n 15 cm hoog kan worden. De plant houdt van matig vochtige en schaduwrijke standplaatsen, met wat zon vroeg of laat op de dag.Van zie je de plant op losse, luchtige, lemige of zanderige, humeuze en voedselrijke bodems. Vooral op kalkhoudende gronden komt de plant rijkelijk voor, maar ook andere zuurgraden kan de plant aan.
Bloeitijd
Het maarts viooltje begint, niet geheel verrassend, met bloeien in maart en je kunt de bloemen tot mei tegenkomen. Het bloemetje heeft vijf kroonblaadjes, waarvan het onderste een spoor draagt, waarin nectar wordt gevormd. De bloemen bevatten zeer veel nectar, maar worden vrijwel nooit bestoven. Dat komt omdat ze zo vroeg in het jaar opengaan, dat het nog koud is en er weinig wilde bijen en vlinders vliegen.
Vermeerdering
Er zal eerder zaad gevormd worden in het najaar door de secundaire – zogenaamde ‘cleistogame’ – bloemen die tussen de bladeren verschijnen en zelfbestuivend zijn. Er verschijnen dan bolvormige, behaarde doosvruchtjes waarin kleine, harde, ronde zaadjes zitten. In de regel vermeerdert de plant zich voornamelijk door stengeluitlopers, waarmee hij flink kan uitbreiden. De uitlopers ontstaan na de bloeitijd en zullen pas het jaar erna bloemen dragen. Wil je zelf het maarts viooltje vermeerderen? Dan kun je de plant na de bloei scheuren.
Goede combinaties
Maarts viooltje is in de tuin goed bruikbaar als lage, vaak groenblijvend bodembedekker. Maar de plant kan niet op tegen woekerende buurplanten. Je kunt hem goed combineren met inheemse soorten als lievevrouwebedstro, gevlekt longkruid, bosaardbei, bosanemoon, slanke sleutelbloem en wilde akelei. |